‘Later wil ik mama worden’ is de titel van mijn boek. Ik schreef het als onderdeel van mijn verwerkingsproces. Een verwerkingsproces dat begon 10 jaar na het laatste traject. Het verdriet dat verstopt zat in de schaduw van mijn zijn, kon niet langer verstopt blijven. Levend verlies dat zich te lang stil had gehouden.
Mijn man en ik waren heel enthousiast om samen aan kinderen te beginnen. We hadden alvast een meisjes- en een jongensnaam gekozen, we wilden immers graag een meisje én een jongen. Maar na enkele maanden werd duidelijk dat het voor ons niet zo vlot liep als bij veel koppels in onze omgeving. Mijn gynaecoloog raadde aan toch nog eventjes te proberen. Mijn man had al een kind uit een vorige relatie en we waren nog jong, dus alle kansen leken nog open te liggen.
Maar nog enkele maanden verder zetten we de stap naar het fertiliteitscentrum. We werden grondig onderzocht, zowel mijn man als ik, maar er werd geen oorzaak voor verminderde vruchtbaarheid gevonden. We probeerden verder met allerlei advies rond gezonde voeding en lichaamsbeweging, met goed timen en monitoren. We zetten de stap naar kunstmatige inseminatie, we gingen uiteindelijk over tot IVF, maar op zeker moment was het helemaal op.
Ik was zowel emotioneel als fysiek helemaal uitgeput. Ik had alles gegeven. 39 maanden lang hadden we tussen hoop en teleurstelling geleefd en dat was niet langer houdbaar. We beslisten aanvankelijk om een lange pauze te nemen in ons fertiliteitstraject. We hebben het traject nooit hervat, noch fysiek noch mentaal wilden we terug.
Ik kon mijn lichaam niet graag meer zien en dat blijft tot op vandaag een moeilijk punt.
Het traject was slopend op zovele vlakken. Mijn zelfbeeld werd helemaal onderuitgehaald. Het voelde aan als een persoonlijk falen als vrouw. Ik kon mijn lichaam niet graag meer zien en dat blijft tot op vandaag een moeilijk punt. Het was enkel nog verpakking.
Ook voor de partnerrelatie is het een grote uitdaging. Mijn man en ik hadden allebei die grote wens voor een groot gezin, maar we gingen er heel verschillend mee om. Mijn man is eerder rationeel. Hij had veel vertrouwen in de wetenschap en medische technologie. Ik ben daarentegen eerder emotioneel. Wanneer er slecht nieuws kwam, reageerden we daar dan ook heel anders op. Soms duurde het enkele dagen voor we elkaar daar opnieuw in konden vinden. De intimiteit en seksualiteit verandert ook binnen de relatie. Seksualiteit wordt functioneel, en het fijne en speelse aspect gaat helemaal verloren. Het is niet evident om dat als koppel terug te vinden. Mijn lichaam werd voor mij herleid tot een broedfabriek, een lichaam vol hormonen, ik herkende het vaak niet meer.
Ons sociaal leven kreeg ook een stevige deuk. Vrienden vroegen om samen op vakantie te gaan, maar dat ging zomaar niet. Als je in een fertiliteitstraject zit, moet je elk moment alles kunnen laten vallen voor een volgende controle of ingreep. Je kan er niet zomaar even tussenuit. Bovendien werd het thema zwangerschap en kinderen krijgen erg beladen. Als vriendinnen zwanger werden, dan wist niemand zich een houding te geven. Het is niet dat ik het mijn vriendinnen niet gunde, maar dat bracht voor mij zoveel pijnlijke emoties met zich mee. Ik wist zelf niet hoe ik best op het goede nieuws kon reageren. En ook omgekeerd. Mijn vriendinnen wilden mij niet kwetsen en dus werd er niet over gepraat.
En zo word je wel heel eenzaam.
Ook de combinatie met mijn werk vond ik helemaal niet evident. Ik had het geluk om een heel flexibele werkgever te hebben. Maar dan nog blijft het praktisch en emotioneel een uitdaging. Tijdens een fertiliteitstraject moet je vaak ‘s ochtends voor dag en dauw naar het ziekenhuis voor onderzoek. Dan reed ik daarna naar mijn werk en moest ik die knop omgedraaid krijgen. Je hebt allerlei fysieke klachten en emotionele schommelingen omwille van de hormoonbehandeling, en je wacht op het resultaat van onderzoeken, metingen of ja zelfs een zwangerschapstest. Maar ondertussen wordt er wel van je verwacht dat je functioneert op je werk, dat je creatief en ad rem bent en presteert zoals tevoren. Dat is bijna een onmogelijke opdracht. Alsof je 2 personen in 1 bent, 2 levens leeft.
Mijn werkgever heeft mij de kans gegeven om veel van thuis te werken. Dat was heel waardevol. Tijdens de behandeling moest ik mezelf op gezette tijden inspuitingen geven en zetpillen toedienen. Het is aangenamer om dit thuis in je eigen badkamer te kunnen doen en niet in een koud en krap toilethokje op het werk. Het lijkt banaal maar in alle emotie is dit heel waardevol.
Ook tijdens de wachtweken werkte ik meestal van thuis. Dan was ik zo emotioneel dat het lastig was om de hele dag onder collega’s te zijn. Soms was er ook fysiek ongemak door overstimulatie of hormooneffecten.
Niet gedragen in mijn buik, maar gegroeid en genesteld in ons hart.
Kort nadat we beslisten om het fertiliteitstraject stop te zetten, hebben we de adoptieprocedure opgestart. Het was niet echt een plan B. Adoptie was iets wat we ook voor ons fertiliteitstraject al met elkaar hadden besproken. Adoptie mag ook nooit een plan B zijn. Het is een bewuste keuze voor de meest onvoorwaardelijke liefde. Een nieuw verhaal. We hebben ondertussen een prachtig gezin, een dochter en een zoon. Niet gedragen in mijn buik, maar gegroeid en genesteld in ons hart.
Het verdriet dat ik voel?
Ik heb daar ondertussen een woord voor. Schaduwverdriet. Verdriet om iets wat niet is gekomen. Verdriet om het verlies van een kind dat er nooit is geweest. Het verlies van de droom. Verlies van mijn onbezonnen zelf, van mijn lichaam, van zoveel kleine dingen onderweg. Levend verlies is een echt rouwproces. Het schrijven van mijn boek heeft daar ontzettend bij geholpen. En ook nu nog, geef ik regelmatig lezingen of ga ik getuigen voor de studenten in de opleiding vroedkunde aan de hogeschool. Elke keer als ik mijn verhaal deel, schuurt het een beetje. Maar het is ook telkens een beetje helen van de wonde. (H)erkenning geven is voor mij en lotgenoten ontzettend waardevol.
Sofie vertelde haar verhaal in WEG, een podcastreeks over verlies en rouw.
Hier kan je aflevering met Sofie beluisteren!
Sofie post regelmatig over haar ervaring op instagram. Je kan haar volgen via @laterwilikmamaworden
'Later wil ik mama worden' is ook de naam van het boek dat Sofie schreef over haar ervaringen. Het is online verkrijgbaar bij diverse boekhandels.