Wat is het verschil tussen hoog- en laagtechnologisch draagmoederschap?
Laagtechnologisch draagmoederschap
Bij laagtechnologisch draagmoederschap raakt de draagmoeder zwanger na de bevruchting van haar eigen eicel. De bevruchting kan gebeuren via kunstmatige inseminatie of zelfinseminatie. De draagmoeder is in dit geval ook eiceldonor.
Hoogtechnologisch draagmoederschap
Bij hoogtechnologisch draagmoederschap raakt de draagmoeder zwanger met een bevruchte eicel afkomstig van de wensmoeder of van een donor. De bevruchting gebeurt dan via IVF of ICSI. Het embryo wordt enkele dagen na de bevruchting in de baarmoeder van de draagmoeder geplaatst.
In België
In ons land bieden de fertiliteitscentra enkel hoogtechnologisch draagmoederschap aan. De draagmoeder en het kind hebben dus geen genetische band.
Laagtechnologisch draagmoederschap is niet bij wet verboden. Het is mogelijk de kunstmatige inseminatie of zelfinseminatie thuis uit te voeren zonder tussenkomst van een fertiliteitscentrum.
